Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En het geschiedde, als Ahia het geruis harer voeten hoorde, toen zij ter deure inkwam, dat hij zeide: Kom in, gij huisvrouw van Jerobeam! [12]Waarom stelt gij u dus vreemd aan? Want ik ben tot u [13]gezonden met een [14]harde [boodschap]. 12. Of, waartoe dit, dat gij u vreemd aanstelt? 13. Namelijk, van den Heere. 14. Dewelke, na het verhaal van de weldaden Gods aan Jerobeam bewezen, hem voorstelde zijn gruwelijke zonden, met een voorzegging van de rechtvaardige en vreeslijke straffen Gods, die daarop zouden volgen. Of, om wat hards.